نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
993 | 7 | 39 | وقالت أولاهم لأخراهم فما كان لكم علينا من فضل فذوقوا العذاب بما كنتم تكسبون |
| | | En de eerste van hen zal tot de laatste van hen zeggen: "Jullie zijn niet boven ons begunstigd, proeft daarom de bestraffing vanwege hetgeen jullie plachten verrichten. |
|
994 | 7 | 40 | إن الذين كذبوا بآياتنا واستكبروا عنها لا تفتح لهم أبواب السماء ولا يدخلون الجنة حتى يلج الجمل في سم الخياط وكذلك نجزي المجرمين |
| | | Voorwaar, degenen die Onze Verzen loochenen en die zich er hooghartig van afwenden: de poorten van de hemel zullen voor hen niet worden geopend, en zij zullen het Paradijs niet binnengaan, totdat de kameel door het oog van de naald gaat. En zo vergelden Wij de misdadigers. |
|
995 | 7 | 41 | لهم من جهنم مهاد ومن فوقهم غواش وكذلك نجزي الظالمين |
| | | Voor hen is er een plaats van hellevuur en boven hen zijn er bedekkingen (van vuur). Zo vergelden Wij de onrechtplegers. |
|
996 | 7 | 42 | والذين آمنوا وعملوا الصالحات لا نكلف نفسا إلا وسعها أولئك أصحاب الجنة هم فيها خالدون |
| | | En degenen die geloven en goede werken verrichten, Wij belasten niemand (van hen) dan naar zijn vermogen: zij zijn degenen die de bewoners van het Paradijs zijn. Zij zijn daarin eeuwig levenden. |
|
997 | 7 | 43 | ونزعنا ما في صدورهم من غل تجري من تحتهم الأنهار وقالوا الحمد لله الذي هدانا لهذا وما كنا لنهتدي لولا أن هدانا الله لقد جاءت رسل ربنا بالحق ونودوا أن تلكم الجنة أورثتموها بما كنتم تعملون |
| | | En Wij nemen uit hun harten weg wat er aan wrok is, onder (het Paradijs) door stromen de rivieren. En zij zeiden: "Alle lof zij Allah, Die ons hierheen heeft geleid en wij zouden geen leiding hebben gevonden als Allah ons geen Leiding had geschonken, Voorzeker, de gezanten van Onze Heer zijn in Waarheid gekomen. En tot hen wordt geroepen: "Dit is het Paradijs dat jullie hebben beerfd wegens watjullie plachten te doen." |
|
998 | 7 | 44 | ونادى أصحاب الجنة أصحاب النار أن قد وجدنا ما وعدنا ربنا حقا فهل وجدتم ما وعد ربكم حقا قالوا نعم فأذن مؤذن بينهم أن لعنة الله على الظالمين |
| | | En de bewoners van het Paradijs roepen tot de bewoners van de Hel: "Wij hebben waarlijk aangetroffen wat onze Heer ons heeft beloofd, hebben jullie dan ook werkelijk aaagetroffen wat jullie Heer jullie heeft aangezegd?" Zij zeiden: "Ja". Dan verkondigt een omroeper onder hen dat de vloek van Allah op de onrechtplegers rust. |
|
999 | 7 | 45 | الذين يصدون عن سبيل الله ويبغونها عوجا وهم بالآخرة كافرون |
| | | Degenen die (de mensen) afhouden van de Weg van Allah en die wensen dat hij krom was. En zij geloven niet in het Hiernamaals. |
|
1000 | 7 | 46 | وبينهما حجاب وعلى الأعراف رجال يعرفون كلا بسيماهم ونادوا أصحاب الجنة أن سلام عليكم لم يدخلوها وهم يطمعون |
| | | En tussen hen is een afscheiding en op de A'raf bevinden zich mannen, zij kennen allen door hun kenmerken; zij roepen tot de bowoners van het Paradijs: Salamoen 'alaikoem." (Vrede zij met jullie) Zij zijn haar nog niet binnengegaan terwijl zij (dat) begeren. |
|
1001 | 7 | 47 | وإذا صرفت أبصارهم تلقاء أصحاب النار قالوا ربنا لا تجعلنا مع القوم الظالمين |
| | | En wanneer zij hun blikken in de richting van de bewoners ven de Hel wenden, dan zeggen zij: "Onze Heer, plaats ons niet bij het onrechtplegende volk." |
|
1002 | 7 | 48 | ونادى أصحاب الأعراف رجالا يعرفونهم بسيماهم قالوا ما أغنى عنكم جمعكم وما كنتم تستكبرون |
| | | En zij die zich op de A'râf bevinden, roepen tot mannen die zij bij hun kenmerken kennen, zij zeggen: "Jullie vergaren baat jullie niet, noch hetgeen waarop jullie trots plachten te zijn." |
|