نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
809 | 6 | 20 | الذين آتيناهم الكتاب يعرفونه كما يعرفون أبناءهم الذين خسروا أنفسهم فهم لا يؤمنون |
| | | Zij aan wie Wij het boek gegeven hebben kennen hem zoals zij hun zonen kennen. Zij die zichzelf verloren hebben geloven dus niet. |
|
810 | 6 | 21 | ومن أظلم ممن افترى على الله كذبا أو كذب بآياته إنه لا يفلح الظالمون |
| | | En wie is er zondiger dan wie over God bedrog verzint of Zijn tekenen loochent? Het zal de onrechtplegers zeker niet welgaan. |
|
811 | 6 | 22 | ويوم نحشرهم جميعا ثم نقول للذين أشركوا أين شركاؤكم الذين كنتم تزعمون |
| | | En op de dag waarop Wij hen allen verzamelen. Dan zullen Wij tot de aanhangers van het veelgodendom zeggen: "Waar zijn dan jullie [zogenaamd goddelijke] metgezellen waarvan jullie het bestaan beweerden?" |
|
812 | 6 | 23 | ثم لم تكن فتنتهم إلا أن قالوا والله ربنا ما كنا مشركين |
| | | Hun beproeving zal dan slechts zijn dat zij zeggen: "Bij God, onze Heer, wij waren geen veelgodendienaars." |
|
813 | 6 | 24 | انظر كيف كذبوا على أنفسهم وضل عنهم ما كانوا يفترون |
| | | Kijk hoe zij zichzelf voorliegen en hoe zij kwijt zijn wat zij verzonnen hebben. |
|
814 | 6 | 25 | ومنهم من يستمع إليك وجعلنا على قلوبهم أكنة أن يفقهوه وفي آذانهم وقرا وإن يروا كل آية لا يؤمنوا بها حتى إذا جاءوك يجادلونك يقول الذين كفروا إن هذا إلا أساطير الأولين |
| | | Onder hen zijn er die naar jou luisteren, maar over wier harten Wij hoezen gelegd hebben, zodat zij het niet begrijpen en in hun oren hardhorendheid. En al zien zij elk teken, zij geloven er niet in. Zozeer, dat wanneer zij tot jou komen om met je te twisten, zij die ongelovig zijn zeggen: "Dit zijn slechts fabels van hen die er eertijds waren." |
|
815 | 6 | 26 | وهم ينهون عنه وينأون عنه وإن يهلكون إلا أنفسهم وما يشعرون |
| | | En zij verbieden het en wenden zich ervan af. Maar zij vernietigen slechts zichzelf en zij beseffen het niet. |
|
816 | 6 | 27 | ولو ترى إذ وقفوا على النار فقالوا يا ليتنا نرد ولا نكذب بآيات ربنا ونكون من المؤمنين |
| | | Kon je hen maar zien wanneer zij voor het vuur worden opgesteld en dan zeggen: "Ach werden we maar teruggebracht, dan zouden wij de tekenen van onze Heer niet loochenen en dan zouden wij bij de gelovigen behoren." |
|
817 | 6 | 28 | بل بدا لهم ما كانوا يخفون من قبل ولو ردوا لعادوا لما نهوا عنه وإنهم لكاذبون |
| | | Welnee, voor hen is wat zij vroeger verborgen hielden openlijk zichtbaar. Ook al werden zij teruggebracht dan zouden zij toch terugkeren naar wat hun verboden was. Zij zijn toch leugenaars. |
|
818 | 6 | 29 | وقالوا إن هي إلا حياتنا الدنيا وما نحن بمبعوثين |
| | | En zij zeggen: "Er is alleen maar ons tegenwoordige leven en wij worden niet opgewekt." |
|