نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
4562 | 47 | 17 | والذين اهتدوا زادهم هدى وآتاهم تقواهم |
| | | Maar wat hen betreft, die geleid worden, God zal hun een uitgebreider leiding schenken, en hij zal hen onderrichten nopens datgene, wat zij te vermijden hebben. |
|
4563 | 47 | 18 | فهل ينظرون إلا الساعة أن تأتيهم بغتة فقد جاء أشراطها فأنى لهم إذا جاءتهم ذكراهم |
| | | Wat wachten de ongeloovigen dan? Op het laatste uur? Dat het plotseling op hen moge nederkomen! Sommige teekens daarvan zijn reeds gekomen, en als het hen werkelijk zal overvallen, hoe kunnen zij dan eene waarschuwing ontvangen? |
|
4564 | 47 | 19 | فاعلم أنه لا إله إلا الله واستغفر لذنبك وللمؤمنين والمؤمنات والله يعلم متقلبكم ومثواكم |
| | | Weet dus, dat er geen God buiten God is, en vraag vergiffenis voor uwe zonden, en voor de ware geloovigen, zoowel mannelijke als vrouwelijke. God kent de zaken, welke gij in de wereld verricht, en uwe verblijfplaats hiernamaals. |
|
4565 | 47 | 20 | ويقول الذين آمنوا لولا نزلت سورة فإذا أنزلت سورة محكمة وذكر فيها القتال رأيت الذين في قلوبهم مرض ينظرون إليك نظر المغشي عليه من الموت فأولى لهم |
| | | De ware geloovigen zeggen: Werd er niet eene Soera geopenbaard, waarin de oorlog tegen de ongeloovigen wordt bevolen? Maar als een Hoofdstuk zonder eenige dubbelzinnigheid is geopenbaard, en de oorlog daarin is vermeld, zult gij hen, in wier hart een gebrek is, naar u zien blikken, met het gelaat van iemand, die door den dood wordt overschaduwd. Maar gehoorzaamheid en datgene te spreken, wat gepast is, zou verkieslijker voor hen wezen. |
|
4566 | 47 | 21 | طاعة وقول معروف فإذا عزم الأمر فلو صدقوا الله لكان خيرا لهم |
| | | En als de zaak (de oorlog) stellig besloten is, zal het beter voor hen zijn, dat zij de verbintenis met God nakomen. |
|
4567 | 47 | 22 | فهل عسيتم إن توليتم أن تفسدوا في الأرض وتقطعوا أرحامكم |
| | | Zoudt gij dus gereed zijn geweest, indien gij gemachtigd waart geworden, buitensporigheden op aarde te bevrijden en de banden des bloeds te schenden? |
|
4568 | 47 | 23 | أولئك الذين لعنهم الله فأصمهم وأعمى أبصارهم |
| | | Dit zijn zij, die door God zijn gevloekt en doof gemaakt, en wier oogen hij verblind heeft. |
|
4569 | 47 | 24 | أفلا يتدبرون القرآن أم على قلوب أقفالها |
| | | Overwegen zij dus den Koran niet aandachtig? Zijn er sloten op hun hart? |
|
4570 | 47 | 25 | إن الذين ارتدوا على أدبارهم من بعد ما تبين لهم الهدى الشيطان سول لهم وأملى لهم |
| | | Waarlijk, zij die hunne ruggen toewenden, nadat hun de ware richting duidelijk gemaakt is, Satan zal hunne zonden voor hen gereed maken en hun het gedrag voorschrijven, en God zal hen eenigen tijd verdragen. |
|
4571 | 47 | 26 | ذلك بأنهم قالوا للذين كرهوا ما نزل الله سنطيعكم في بعض الأمر والله يعلم إسرارهم |
| | | Dit zal hen overkomen, omdat zij in het geheim zeggen tot hen, die het door God geopenbaarde verachten: Wij zullen u in een gedeelte der zaak volgen. Maar God kent hunne geheimen. |
|