نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
1698 | 12 | 102 | ذلك من أنباء الغيب نوحيه إليك وما كنت لديهم إذ أجمعوا أمرهم وهم يمكرون |
| | | Dit behoort tot de goschiedenissen over het onwaarneembare, die Wij aan jou (O Moehammad) openbaren. Jij was niet bij hen, toen zij bijeenkwamen voor hun zaak, terwijl zij een list beraamden. |
|
1699 | 12 | 103 | وما أكثر الناس ولو حرصت بمؤمنين |
| | | En er zijn veel mensen (die niet goloven), ook al wens jij dat zij gelovigen worden. |
|
1700 | 12 | 104 | وما تسألهم عليه من أجر إن هو إلا ذكر للعالمين |
| | | En jij (O Moehammad) vraagt van hen daarvoor geen beloning, hij (de Koran) is slechts een Vermaning voor de werelden. |
|
1701 | 12 | 105 | وكأين من آية في السماوات والأرض يمرون عليها وهم عنها معرضون |
| | | En er zijn veel Tekenen in de hemelen en op de aarde waaraan zij voorbijgaan, terwijl zij zich ervan afwenden. |
|
1702 | 12 | 106 | وما يؤمن أكثرهم بالله إلا وهم مشركون |
| | | En de meesten van hen geloven niet in Allah zonder deelgenoten aan Hem toe te kennen. |
|
1703 | 12 | 107 | أفأمنوا أن تأتيهم غاشية من عذاب الله أو تأتيهم الساعة بغتة وهم لا يشعرون |
| | | Denken zij dan dat zij veilig zijn voor de bestraffing van Allah die hen bedekt, of dat het Uur niet onverwacht tot hen zal komen, terwijl ze het niet vermoeden? |
|
1704 | 12 | 108 | قل هذه سبيلي أدعو إلى الله على بصيرة أنا ومن اتبعني وسبحان الله وما أنا من المشركين |
| | | Zeg: "Dit is mijn Weg (godsdienst), ik en degenen die mij volgen roepen op tot Allah, op grond van een duidelijk bewijs. Heilig is Allah, en ik behoor niet tot de veelgodenaanbidders." |
|
1705 | 12 | 109 | وما أرسلنا من قبلك إلا رجالا نوحي إليهم من أهل القرى أفلم يسيروا في الأرض فينظروا كيف كان عاقبة الذين من قبلهم ولدار الآخرة خير للذين اتقوا أفلا تعقلون |
| | | Wij hebben vóór jou niemand gezonden, behalve mannen van de bewoners van de steden aan wie Wij openbaarden. Reizen zij dan niet rond op de aarde, zodat zij zien boe het einde was van degenen vóór hen? En het Huis van het Hiernamaals is beter voor degenen die (Allah) vrezen. Denken jullie dan niet na? |
|
1706 | 12 | 110 | حتى إذا استيأس الرسل وظنوا أنهم قد كذبوا جاءهم نصرنا فنجي من نشاء ولا يرد بأسنا عن القوم المجرمين |
| | | Totdat de Boodschappers wanhoopten en dachten dat zij werden geloochend, toen kwam Onze hulp tot hen. En Wij redden wie Wij wilden. En Onze bestraffing kan niet tegengehouden worden van het misdadige volk. |
|
1707 | 12 | 111 | لقد كان في قصصهم عبرة لأولي الألباب ما كان حديثا يفترى ولكن تصديق الذي بين يديه وتفصيل كل شيء وهدى ورحمة لقوم يؤمنون |
| | | Voorzeker, cr is een lering in hun geschiedenissen voor de bezitters van verstand. Hij (de Koran) is geen verzonnen verhaal, maar is er als bevestiging van wat ervoor was, als een verduidelijking van alle dingen, als Leiding en als een Barmhartigheid voor een volk dat gelooft. |
|