نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
1670 | 12 | 74 | قالوا فما جزاؤه إن كنتم كاذبين |
| | | Zij zeiden: "Wat is dan de vergelding ervoor als jullie leugenaars zijn?" |
|
1671 | 12 | 75 | قالوا جزاؤه من وجد في رحله فهو جزاؤه كذلك نجزي الظالمين |
| | | Zij zeiden: "De vergelding ervoor is dat hij, in wiens reiszak hij gevonden wordt, het zelf moet ontgelden. Zo vergelden wij aan de onrechtplegers." |
|
1672 | 12 | 76 | فبدأ بأوعيتهم قبل وعاء أخيه ثم استخرجها من وعاء أخيه كذلك كدنا ليوسف ما كان ليأخذ أخاه في دين الملك إلا أن يشاء الله نرفع درجات من نشاء وفوق كل ذي علم عليم |
| | | En hij begon met hun zakken vóór de zak van zijn broer. Toen haalde hij hem tevoorschijn uit de zak van zijn broer. Zo beraamden Wij een list voor Joesoef. Hij had volgens de wet van de koning zijn broer niet vast kunnen houden, maar [het gebeurde zo] omdat God het wilde. Wij geven hogere rangen aan wie Wij willen. En boven ieder die kennis bezit is er een wetende. * |
|
1673 | 12 | 77 | قالوا إن يسرق فقد سرق أخ له من قبل فأسرها يوسف في نفسه ولم يبدها لهم قال أنتم شر مكانا والله أعلم بما تصفون |
| | | Zij zeiden: "Als hij al steelt; een broer van hem heeft vroeger ook gestolen." Maar Joesoef hield het in zijn binnenste geheim en liet het aan hen niet blijken. Hij zei: "Jullie verkeren in een nog slechtere positie. En God weet het best wat jullie beschrijven." |
|
1674 | 12 | 78 | قالوا يا أيها العزيز إن له أبا شيخا كبيرا فخذ أحدنا مكانه إنا نراك من المحسنين |
| | | Zij zeiden: "O excellentie, hij heeft een oude bejaarde vader; neem dus een van ons in zijn plaats. Wij zien dat u behoort tot hen die goed doen." |
|
1675 | 12 | 79 | قال معاذ الله أن نأخذ إلا من وجدنا متاعنا عنده إنا إذا لظالمون |
| | | Hij zei: "Dat verhoede God, dat ik iemand anders zou nemen dan hem bij wie wij ons eigendom gevonden hebben. Anders zouden wij onrechtplegers zijn." |
|
1676 | 12 | 80 | فلما استيأسوا منه خلصوا نجيا قال كبيرهم ألم تعلموا أن أباكم قد أخذ عليكم موثقا من الله ومن قبل ما فرطتم في يوسف فلن أبرح الأرض حتى يأذن لي أبي أو يحكم الله لي وهو خير الحاكمين |
| | | Toen zij dan voor hem geen hoop meer hadden gingen zij apart staan voor een vertrouwelijk gesprek. De oudste van hen zei: "Weten jullie niet van de waarborg die jullie je vader voor God hebben gegeven en wat jullie eerder met Joesoef niet zijn nagekomen? En ik zal het land niet verlaten totdat mijn vader het mij toestaat of God oordeel velt ten gunste van mij; Hij is de beste van hen die oordelen. |
|
1677 | 12 | 81 | ارجعوا إلى أبيكم فقولوا يا أبانا إن ابنك سرق وما شهدنا إلا بما علمنا وما كنا للغيب حافظين |
| | | Keert terug naar jullie vader en zegt: 'O onze vader, jouw zoon heeft gestolen en wij geven alleen maar getuigenis van wat wij weten en over het verborgene waken wij niet. |
|
1678 | 12 | 82 | واسأل القرية التي كنا فيها والعير التي أقبلنا فيها وإنا لصادقون |
| | | En vraag de stad waarin wij waren en de karavaan waarmee wij gekomen zijn. Wij zijn echt oprecht." |
|
1679 | 12 | 83 | قال بل سولت لكم أنفسكم أمرا فصبر جميل عسى الله أن يأتيني بهم جميعا إنه هو العليم الحكيم |
| | | Hij zei: "Jullie hebben jezelf iets wijsgemaakt! Dus maar mooi geduldig verdragen. Misschien dat God hen gezamenlijk bij mij zal brengen. Hij is de wetende, de wijze." |
|