نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
583 | 4 | 90 | إلا الذين يصلون إلى قوم بينكم وبينهم ميثاق أو جاءوكم حصرت صدورهم أن يقاتلوكم أو يقاتلوا قومهم ولو شاء الله لسلطهم عليكم فلقاتلوكم فإن اعتزلوكم فلم يقاتلوكم وألقوا إليكم السلم فما جعل الله لكم عليهم سبيلا |
| | | Uitgezonderd zij, die eene schuilplaats bij uwe bondgenooten mochten zoeken, of zij, die tot u komen, en die hun hart verbiedt, om òf tegen u, òf tegen hun eigen volk te strijden. Indien het God behaagd had, zou hij hun hebben veroorloofd tegen u gestemd te zijn, en zij zouden tegen u gestreden hebben. Maar indien zij aftrekken van u en niet tegen u strijden, en u den vrede aanbieden, verbiedt God u, hen aan te tasten of te dooden. |
|
584 | 4 | 91 | ستجدون آخرين يريدون أن يأمنوكم ويأمنوا قومهم كل ما ردوا إلى الفتنة أركسوا فيها فإن لم يعتزلوكم ويلقوا إليكم السلم ويكفوا أيديهم فخذوهم واقتلوهم حيث ثقفتموهم وأولئكم جعلنا لكم عليهم سلطانا مبينا |
| | | Gij zult anderen vinden, die begeerig zullen zijn, uw vertrouwen te winnen, en op denzelfden tijd het vertrouwen van hun eigen volk te bewaren. Telkenmale dat zij tot de wanorde terugkeeren, zullen zij verjaagd worden; en indien zij niet van u aftrekken, en den vrede niet aanbieden en niet ophouden u te bestrijden, zult gij hen aangrijpen en hen overal dooden, waar gij hen mocht vinden. Over hen geven wij u eene volstrekte macht. |
|
585 | 4 | 92 | وما كان لمؤمن أن يقتل مؤمنا إلا خطأ ومن قتل مؤمنا خطأ فتحرير رقبة مؤمنة ودية مسلمة إلى أهله إلا أن يصدقوا فإن كان من قوم عدو لكم وهو مؤمن فتحرير رقبة مؤمنة وإن كان من قوم بينكم وبينهم ميثاق فدية مسلمة إلى أهله وتحرير رقبة مؤمنة فمن لم يجد فصيام شهرين متتابعين توبة من الله وكان الله عليما حكيما |
| | | Het is verboden, dat een geloovige eenen geloovige doode, tenzij het bij ongeluk plaats hebbe. Hij, die een geloovige bij ongeluk doodt, zal daarvoor een geloovige uit de slavernij moeten verlossen en de familie den bloedprijs betalen, tenzij de familie dien als aalmoezen uitreike; en indien de verslagene tot eene u vijandige natie behoort en een waar geloovige is, zult gij een geloovige moeten bevrijden, maar indien hij van een met u verbonden volk is, zult gij een bloedprijs aan zijne familie betalen en een geloovige bevrijden. En hij, die geen slaaf vindt, zal twee achtereenvolgende maanden vasten als eene boete door God opgelegd. God is alwetend en wijs. |
|
586 | 4 | 93 | ومن يقتل مؤمنا متعمدا فجزاؤه جهنم خالدا فيها وغضب الله عليه ولعنه وأعد له عذابا عظيما |
| | | Maar hij, die een geloovige opzettelijk doodt, zal met de hel gestraft worden; eeuwig zal hij daarin verblijven, en God zal toornig tegen hem zijn; hij zal hem vervloeken en eene groote straf voor hem bereiden. |
|
587 | 4 | 94 | يا أيها الذين آمنوا إذا ضربتم في سبيل الله فتبينوا ولا تقولوا لمن ألقى إليكم السلام لست مؤمنا تبتغون عرض الحياة الدنيا فعند الله مغانم كثيرة كذلك كنتم من قبل فمن الله عليكم فتبينوا إن الله كان بما تعملون خبيرا |
| | | O geloovigen! indien gij oprukt om den waren godsdienst te verdedigen, onderricht u met nauwkeurigheid, en zegt niet tot hem, die u groet, gij zijt geen waar geloovige, uit begeerte naar toevallige bezittingen dezer wereld. God is zeer rijk. Zoo gedroegt gij u vroeger, maar God was genadig omtrent u; onderricht u dus nauwkeurig; want God is wel bekend met hetgeen gij doet. |
|
588 | 4 | 95 | لا يستوي القاعدون من المؤمنين غير أولي الضرر والمجاهدون في سبيل الله بأموالهم وأنفسهم فضل الله المجاهدين بأموالهم وأنفسهم على القاعدين درجة وكلا وعد الله الحسنى وفضل الله المجاهدين على القاعدين أجرا عظيما |
| | | De geloovigen, die te huis zullen blijven zonder gekwetst te zijn, en zij, die hunnen bezittingen en hunne personen voor Gods zaak gebruiken zullen niet gelijk gesteld worden. God heeft hun, die hunne bezittingen en hunne personen voor dat geval gebruiken, een meer verheven rang gegeven boven hen, die te huis blijven. God heeft inderdaad ieder het paradijs beloofd, maar God heeft hun de voorkeur gegeven die strijden, boven hen die te huis blijven. |
|
589 | 4 | 96 | درجات منه ومغفرة ورحمة وكان الله غفورا رحيما |
| | | Meer verheven rangen nabij hem, barmhartigheid en genade. Waarlijk God is vergevingsgezind en genadig. |
|
590 | 4 | 97 | إن الذين توفاهم الملائكة ظالمي أنفسهم قالوا فيم كنتم قالوا كنا مستضعفين في الأرض قالوا ألم تكن أرض الله واسعة فتهاجروا فيها فأولئك مأواهم جهنم وساءت مصيرا |
| | | Daarenboven hebben de engelen tot hen gezegd, welken zij het leven benamen, omdat zij hunne eigene zielen hadden verdoemd: Wie waart gij? Zij antwoordden: Wij waren de zwakken der aarde. De engelen hernamen: Was Gods aarde niet groot genoeg, dat gij daar geene schuilplaats vondt. Daarom zal de hel hunne woning wezen. Welk een slecht verblijf zal het hunne zijn. |
|
591 | 4 | 98 | إلا المستضعفين من الرجال والنساء والولدان لا يستطيعون حيلة ولا يهتدون سبيلا |
| | | Uitgenomen de zwakken onder de menschen, de vrouwen en kinderen; zij, die niet in staat zouden zijn eene list uit te denken, en niet op den weg werden geleid, |
|
592 | 4 | 99 | فأولئك عسى الله أن يعفو عنهم وكان الله عفوا غفورا |
| | | Dezen zal God misschien vergeven; want God is vergevingsgezind en genadig. |
|