نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
4234 | 41 | 16 | فأرسلنا عليهم ريحا صرصرا في أيام نحسات لنذيقهم عذاب الخزي في الحياة الدنيا ولعذاب الآخرة أخزى وهم لا ينصرون |
| | | Wij zonden toen een zeer koude stormwind over hen, tijdens enkele sombere dagen, om hen tijdens het wereldse leven de bestraffing van de vernedering te doen proeven. En de bestraffing van het Hiernamaals is zeker vernederender en zij worden niet geholpen. |
|
4235 | 41 | 17 | وأما ثمود فهديناهم فاستحبوا العمى على الهدى فأخذتهم صاعقة العذاب الهون بما كانوا يكسبون |
| | | En wat de Tsamôed betreft: Wij hebben hun Leiding geschonken, maar zij gaven de voorkeur aan blindheid boven de Leiding, waarop de bliksemslag van de vernederende bestraffing hen trof, wegens wat zij plachten te verrichten. |
|
4236 | 41 | 18 | ونجينا الذين آمنوا وكانوا يتقون |
| | | En Wij redden degenen die geloofden en (Allah) plachten te vrezen. |
|
4237 | 41 | 19 | ويوم يحشر أعداء الله إلى النار فهم يوزعون |
| | | En die Dag zullen de vijanden van Allah bij de Het verzameld worden, dan zullen zij (daarheen) gesleept worden. |
|
4238 | 41 | 20 | حتى إذا ما جاءوها شهد عليهم سمعهم وأبصارهم وجلودهم بما كانوا يعملون |
| | | Totdat, wanneer Zij haar (de Hel) bereiken, hun oren, en hun ogen en kun huiden tegen hen zullen getuigen, wegens wat zij plachten te doen. |
|
4239 | 41 | 21 | وقالوا لجلودهم لم شهدتم علينا قالوا أنطقنا الله الذي أنطق كل شيء وهو خلقكم أول مرة وإليه ترجعون |
| | | En zij zullen tegen hun huiden zeggen: "Waarom getuigen jullie tegen ons." Zij zullen zeggen: "Allah heeft ons doen spreken, Degene Die alle dingen heeft doen spreken. En Hij heeft jullie de eerste keer geschapen en tot Hem worden jullie teruggekeerd." |
|
4240 | 41 | 22 | وما كنتم تستترون أن يشهد عليكم سمعكم ولا أبصاركم ولا جلودكم ولكن ظننتم أن الله لا يعلم كثيرا مما تعملون |
| | | En jullie kunnen je er niet voor verbergen dat jullie oren, en jullie ogen en jullie huiden tegen jullie zullen getuigen. Maar jullie veronderstelden dat Allah niet veel weet over wat jullie doen. |
|
4241 | 41 | 23 | وذلكم ظنكم الذي ظننتم بربكم أرداكم فأصبحتم من الخاسرين |
| | | En dat was jullie veronderstelling, waarmee jullie over jullie Heer veronderstelden die jullie in het ongeluk gestort heeft. Toen gingen jullie tot de verliezers behoren. |
|
4242 | 41 | 24 | فإن يصبروا فالنار مثوى لهم وإن يستعتبوا فما هم من المعتبين |
| | | Als zij dan geduldig zijn (met de bestraffing): dan is de Hel een verblijfplaats voor hen. En als zij om verontschuldiging vragen, dan zullen zij niet behoren tot de verontschuldigden. |
|
4243 | 41 | 25 | وقيضنا لهم قرناء فزينوا لهم ما بين أيديهم وما خلفهم وحق عليهم القول في أمم قد خلت من قبلهم من الجن والإنس إنهم كانوا خاسرين |
| | | En Wij zullen voor hen metgezellen aanwijzen die voor hen schoonschijnend maken wat vóór hen is en wat achter hen is. En terecht is het woord (van bestraffing) voor hen van de voorafgaande volkeren van de mensen en de Djinn"s. Voorwaar, zij waren de verliezers. |
|