نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
3606 | 33 | 73 | ليعذب الله المنافقين والمنافقات والمشركين والمشركات ويتوب الله على المؤمنين والمؤمنات وكان الله غفورا رحيما |
| | | opdat God de huichelaars en de huichelaarsters, de veelgodendienaars en -dienaressen zal bestraffen en opdat God zich genadig tot de gelovige mannen en vrouwen wendt; God is vergevend en barmhartig. |
|
3607 | 34 | 1 | بسم الله الرحمن الرحيم الحمد لله الذي له ما في السماوات وما في الأرض وله الحمد في الآخرة وهو الحكيم الخبير |
| | | Lof zij God van wie is wat er in de hemelen en wat er op de aarde is en Hem zij lof in het hiernamaals; Hij is de wijze, de welingelichte. |
|
3608 | 34 | 2 | يعلم ما يلج في الأرض وما يخرج منها وما ينزل من السماء وما يعرج فيها وهو الرحيم الغفور |
| | | Hij kent wat er in de aarde gaat en wat eruit komt, wat er uit de hemel afdaalt en wat erin opstijgt; Hij is de barmhartige, de vergevende. |
|
3609 | 34 | 3 | وقال الذين كفروا لا تأتينا الساعة قل بلى وربي لتأتينكم عالم الغيب لا يعزب عنه مثقال ذرة في السماوات ولا في الأرض ولا أصغر من ذلك ولا أكبر إلا في كتاب مبين |
| | | Zij die ongelovig zijn zeggen: "Het uur komt niet tot ons." Zeg: "Wel zeker, bij mijn Heer, de kenner van het verborgene, het komt tot jullie. Hem ontgaat geen greintje in de hemelen noch op de aarde. En er is niets wat nog kleiner is noch groter of het staat in een duidelijk boek, |
|
3610 | 34 | 4 | ليجزي الذين آمنوا وعملوا الصالحات أولئك لهم مغفرة ورزق كريم |
| | | opdat Hij hen die geloven en de deugdelijke daden doen zal belonen; zij zijn het voor wie er vergeving is en een voortreffelijke voorziening. |
|
3611 | 34 | 5 | والذين سعوا في آياتنا معاجزين أولئك لهم عذاب من رجز أليم |
| | | Maar zij die tegen Onze tekenen proberen in te gaan om ze te ontkrachten; zij zijn het voor wie er een bestraffing door een pijnlijke plaag is. |
|
3612 | 34 | 6 | ويرى الذين أوتوا العلم الذي أنزل إليك من ربك هو الحق ويهدي إلى صراط العزيز الحميد |
| | | Zij aan wie de kennis gegeven is zien dat wat er van jouw Heer naar jou is neergezonden de waarheid is en dat het naar de weg van de machtige, de lofwaardige leidt. |
|
3613 | 34 | 7 | وقال الذين كفروا هل ندلكم على رجل ينبئكم إذا مزقتم كل ممزق إنكم لفي خلق جديد |
| | | En zij die ongelovig zijn zeggen: "Zullen wij jullie een man aanwijzen, die jullie meedeelt dat jullie, wanneer jullie geheel vergaan zijn, deel zullen uitmaken van een nieuwe schepping? |
|
3614 | 34 | 8 | أفترى على الله كذبا أم به جنة بل الذين لا يؤمنون بالآخرة في العذاب والضلال البعيد |
| | | Heeft hij over God bedrog verzonnen of heeft hij last van bezetenheid?" Integendeel, zij die niet in het hiernamaals geloven komen in de bestraffing terecht en verkeren in verregaande dwaling. |
|
3615 | 34 | 9 | أفلم يروا إلى ما بين أيديهم وما خلفهم من السماء والأرض إن نشأ نخسف بهم الأرض أو نسقط عليهم كسفا من السماء إن في ذلك لآية لكل عبد منيب |
| | | Hebben zij dan niet gezien naar wat er van de hemel en de aarde vóór hen is en wat achter hen is? Als Wij willen laten Wij de aarde met hen wegzinken of Wij laten stukken uit de hemel op hen neervallen. Daarin is een teken voor iedere schuldbewuste dienaar. |
|