نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
3302 | 28 | 50 | فإن لم يستجيبوا لك فاعلم أنما يتبعون أهواءهم ومن أضل ممن اتبع هواه بغير هدى من الله إن الله لا يهدي القوم الظالمين |
| | | Maar als zij jullie geen gehoor geven, weet dan dat zij slechts hun neigingen volgen. En wie dwaalt er meer dan hij die zonder een leidraad van God zijn neiging volgt; God brengt de mensen die onrecht plegen niet op het goede pad. * |
|
3303 | 28 | 51 | ولقد وصلنا لهم القول لعلهم يتذكرون |
| | | En Wij hebben hun het woord in opeenvolging doen toekomen; misschien laten zij zich vermanen. |
|
3304 | 28 | 52 | الذين آتيناهم الكتاب من قبله هم به يؤمنون |
| | | Zij aan wie Wij hiervoor het boek gegeven hebben geloven erin. |
|
3305 | 28 | 53 | وإذا يتلى عليهم قالوا آمنا به إنه الحق من ربنا إنا كنا من قبله مسلمين |
| | | En als het aan hen wordt voorgelezen zeggen zij: "Wij geloven erin. Het is de waarheid van onze Heer; wij hadden ons hiervoor reeds [aan God] overgegeven." |
|
3306 | 28 | 54 | أولئك يؤتون أجرهم مرتين بما صبروا ويدرءون بالحسنة السيئة ومما رزقناهم ينفقون |
| | | Zij zijn het aan wie hun loon tweemaal gegeven zal worden, omdat zij geduldig hebben volhard. En met het goede weren zij het kwade af en van wat Wij hun voor hun levensonderhoud gegeven hebben geven zij bijdragen. |
|
3307 | 28 | 55 | وإذا سمعوا اللغو أعرضوا عنه وقالوا لنا أعمالنا ولكم أعمالكم سلام عليكم لا نبتغي الجاهلين |
| | | En wanneer zij geklets horen dan mijden zij het en zij zeggen: "Wij hebben onze daden en jullie hebben jullie daden. Vrede zij met jullie! Wij zoeken geen omgang met de onwetenden." |
|
3308 | 28 | 56 | إنك لا تهدي من أحببت ولكن الله يهدي من يشاء وهو أعلم بالمهتدين |
| | | Jij kunt wie jij lief hebt niet op het goede pad brengen, maar God brengt wie Hij wil op het goede pad en Hij kent hen die het goede pad volgen het best. |
|
3309 | 28 | 57 | وقالوا إن نتبع الهدى معك نتخطف من أرضنا أولم نمكن لهم حرما آمنا يجبى إليه ثمرات كل شيء رزقا من لدنا ولكن أكثرهم لا يعلمون |
| | | En zij zeggen: "Als wij met jou de leidraad volgen dan worden wij uit ons land weggerukt." Hebben Wij hun dan niet over een heilige en veilige plaats macht gegeven waar van Onze kant allerlei vruchten als levensonderhoud bijeengebracht worden? Maar de meesten van hen weten het niet. |
|
3310 | 28 | 58 | وكم أهلكنا من قرية بطرت معيشتها فتلك مساكنهم لم تسكن من بعدهم إلا قليلا وكنا نحن الوارثين |
| | | En hoeveel steden die prat gingen op hun manier van leven hebben Wij al niet vernietigd! Daar zijn dan hun woonhuizen, waarin na hen slechts weinigen wonen. En Wij waren het die erfden. |
|
3311 | 28 | 59 | وما كان ربك مهلك القرى حتى يبعث في أمها رسولا يتلو عليهم آياتنا وما كنا مهلكي القرى إلا وأهلها ظالمون |
| | | Maar jouw Heer heeft de steden niet vernietigd voordat Hij in hun hoofdstad een gezant opgeroepen had, die aan hen Onze tekenen voorlas. En Wij hebben de steden slechts vernietigd als hun bewoners onrechtplegers waren. |
|