نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
3274 | 28 | 22 | ولما توجه تلقاء مدين قال عسى ربي أن يهديني سواء السبيل |
| | | Toen hij in de richting van Madjan ging zei hij: "Misschien dat mijn Heer mij op de correcte weg zal brengen." |
|
3275 | 28 | 23 | ولما ورد ماء مدين وجد عليه أمة من الناس يسقون ووجد من دونهم امرأتين تذودان قال ما خطبكما قالتا لا نسقي حتى يصدر الرعاء وأبونا شيخ كبير |
| | | En toen hij bij het water van Madjan kwam vond hij daar een gemeenschap van mensen die [hun vee] te drinken gaven en hij vond naast hen twee vrouwen die [hun vee] terughielden. Hij zei: "Wat is er met jullie beiden?" Zij zeiden: "Wij kunnen [ons vee] pas te drinken geven als de herders weggaan. Onze vader is namelijk een zeer oude man." |
|
3276 | 28 | 24 | فسقى لهما ثم تولى إلى الظل فقال رب إني لما أنزلت إلي من خير فقير |
| | | Toen gaf hij [hun vee] te drinken en ging terug in de schaduw en zei: "Mijn Heer, ik heb behoefte aan het goede dat U tot mij neerzendt." |
|
3277 | 28 | 25 | فجاءته إحداهما تمشي على استحياء قالت إن أبي يدعوك ليجزيك أجر ما سقيت لنا فلما جاءه وقص عليه القصص قال لا تخف نجوت من القوم الظالمين |
| | | Toen kwam een van hen beiden bedeesd naar hem toe. Zij zei: "Mijn vader nodigt je uit om je ervoor te belonen dat jij ons [vee] te drinken gegeven hebt." Toen hij bij hem kwam en hem het verhaal vertelde zei deze: "Wees niet bang, je bent aan mensen die onrecht plegen ontkomen." |
|
3278 | 28 | 26 | قالت إحداهما يا أبت استأجره إن خير من استأجرت القوي الأمين |
| | | Een van de twee vrouwen zei: "Mijn vader, neem hem toch in dienst. Je kunt het best iemand in dienst nemen die sterk en betrouwbaar is." |
|
3279 | 28 | 27 | قال إني أريد أن أنكحك إحدى ابنتي هاتين على أن تأجرني ثماني حجج فإن أتممت عشرا فمن عندك وما أريد أن أشق عليك ستجدني إن شاء الله من الصالحين |
| | | Hij zei: "Ik wil je graag met een van mijn beide dochters hier laten trouwen op voorwaarde dat jij acht jaar bij mij in dienst komt. En als je er tien vol maakt dan is dat je eigen zaak; ik wil het jou niet te moeilijk maken. Als God het wil zul je merken dat ik tot de rechtschapenen behoor." |
|
3280 | 28 | 28 | قال ذلك بيني وبينك أيما الأجلين قضيت فلا عدوان علي والله على ما نقول وكيل |
| | | Hij zei: "Dat is dan een afspraak tussen mij en jou. Welke van de twee termijnen ik ook vol maak, ik kan er niet op aangesproken worden. En God staat garant voor wat wij zeggen." |
|
3281 | 28 | 29 | فلما قضى موسى الأجل وسار بأهله آنس من جانب الطور نارا قال لأهله امكثوا إني آنست نارا لعلي آتيكم منها بخبر أو جذوة من النار لعلكم تصطلون |
| | | Toen Moesa de termijn vol gemaakt had en met zijn huisgenoten wegtrok nam hij op de zijkant van de berg een vuur waar en hij zei tot zijn mensen: "Blijft staan, ik heb een vuur waargenomen, misschien zal ik jullie er een bericht van brengen of een toorts van vuur; misschien zullen jullie [erdoor] verwarmd worden." |
|
3282 | 28 | 30 | فلما أتاها نودي من شاطئ الواد الأيمن في البقعة المباركة من الشجرة أن يا موسى إني أنا الله رب العالمين |
| | | Toen hij daar kwam werd hem van de rechterkant van de vallei op het door God gezegende veld vanuit de boom toegeroepen: "O Moesa, Ik ben het, God, de Heer van de wereldbewoners." |
|
3283 | 28 | 31 | وأن ألق عصاك فلما رآها تهتز كأنها جان ولى مدبرا ولم يعقب يا موسى أقبل ولا تخف إنك من الآمنين |
| | | En: "Werp je staf." Maar toen hij zag dat die zich bewoog als een slang keerde hij hem de rug toe en draaide zich niet meer om. "O Moesa, kom dichterbij en wees niet bang; jij behoort bij hen die in veiligheid zijn. |
|