نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
3191 | 27 | 32 | قالت يا أيها الملأ أفتوني في أمري ما كنت قاطعة أمرا حتى تشهدون |
| | | Zij zeide: O edelen! raad mij in mijne zaak, ik wil omtrent niets besluiten, tenzij gij getuige daarvan zijt en het goedkeurt. |
|
3192 | 27 | 33 | قالوا نحن أولو قوة وأولو بأس شديد والأمر إليك فانظري ماذا تأمرين |
| | | De edelen antwoordden: Wij zijn met sterkte begiftigd, en met groote dapperheid in den oorlog; maar het bevel komt u toe: weet dus wat gij wilt bevelen. |
|
3193 | 27 | 34 | قالت إن الملوك إذا دخلوا قرية أفسدوها وجعلوا أعزة أهلها أذلة وكذلك يفعلون |
| | | Zij zeide: Waarlijk, als de koningen eene stad met geweld binnentrekken, plunderen zij die en vernederen hare machtigste inwoners en zoo zullen dezen met ons handelen. |
|
3194 | 27 | 35 | وإني مرسلة إليهم بهدية فناظرة بم يرجع المرسلون |
| | | Maar ik zal hun geschenken zenden, en ik zal wachten, om de nadere inlichtingen te vernemen, welke degenen zullen terugbrengen, die derwaarts worden afgezonden. |
|
3195 | 27 | 36 | فلما جاء سليمان قال أتمدونن بمال فما آتاني الله خير مما آتاكم بل أنتم بهديتكم تفرحون |
| | | En toen de gezant der koningin tot Salomo kwam, zeide de vorst: Wilt gij mij met rijkdommen beschenken? Waarlijk, hetgeen God mij heeft gegeven, is beter dan hetgeen hij u heeft geschonken. Uwe geschenken maken u ijdel. |
|
3196 | 27 | 37 | ارجع إليهم فلنأتينهم بجنود لا قبل لهم بها ولنخرجنهم منها أذلة وهم صاغرون |
| | | Keer tot het volk van Saba terug. Wij zullen zekerlijk met strijdkrachten tot hen komen, welke zij niet in staat zullen zijn tegenstand te bieden, en wij zullen hen vernederd uit hunne stad drijven, en zij zullen tot schande gebracht worden. |
|
3197 | 27 | 38 | قال يا أيها الملأ أيكم يأتيني بعرشها قبل أن يأتوني مسلمين |
| | | En Salomo zeide: O edelen! wie wil mij haren troon brengen, alvorens zij kome en zich aan mij overgeven? |
|
3198 | 27 | 39 | قال عفريت من الجن أنا آتيك به قبل أن تقوم من مقامك وإني عليه لقوي أمين |
| | | Een vreeselijke genius antwoordde: Ik zal u dien brengen, voor gij van uwe plaats opstaat: want ik ben instaat het te volvoeren, en ik ben getrouw; |
|
3199 | 27 | 40 | قال الذي عنده علم من الكتاب أنا آتيك به قبل أن يرتد إليك طرفك فلما رآه مستقرا عنده قال هذا من فضل ربي ليبلوني أأشكر أم أكفر ومن شكر فإنما يشكر لنفسه ومن كفر فإن ربي غني كريم |
| | | En een ander, die de kennis der schriften bezat, zeide; Ik zal u dien in een oogwenk brengen. En toen Salomo den troon voor zich zag geplaatst, zeide hij: Dit is eene gunst van mijn Heer, om mij te beproeven, of ik dankbaar of ondankbaar zal zijn, en hij die dankbaar is, is dankbaar in zijn eigen voordeel; maar indien iemand ondankbaar is, waarlijk, dan is mijn Heer zelfgenoegzaam en milddadig. |
|
3200 | 27 | 41 | قال نكروا لها عرشها ننظر أتهتدي أم تكون من الذين لا يهتدون |
| | | En Salomo zeide tot zijne dienaren: Verandert haren troon, dat zij dien niet herkenne, opdat wij mogen zien, of zij op den rechten weg wordt geleid, of dat zij tot hen behoort, die niet op den rechten weg worden gevoerd. |
|