بسم الله الرحمن الرحيم

نتائج البحث: 6236
ترتيب الآيةرقم السورةرقم الآيةالاية
22121872قال ألم أقل إنك لن تستطيع معي صبرا
Hij zei: "Heb ik jou niet gezegd: 'Voorwaar, jij bent niet in staat om geduld met mij te hebben?"
22131873قال لا تؤاخذني بما نسيت ولا ترهقني من أمري عسرا
Hij (Môesa) zei: "Neem mij niet kwalijk wat ik vergeten ben, en belast mij niet in mijn zaak met moeilijkheden."
22141874فانطلقا حتى إذا لقيا غلاما فقتله قال أقتلت نفسا زكية بغير نفس لقد جئت شيئا نكرا
Zo gingen zij verder totdat zij een jongeling ontmoetten en hij hem doodde. Hij (Môesa) zei: "Doodde jij een onschuldige ziel zonder recht? Voorzeker, jij hebt iets vreemds gedaan!"
22151875قال ألم أقل لك إنك لن تستطيع معي صبرا
Hij zei: "Heb ik jou dan niet gezegd dat jij nooit in staat zal zijn geduld met mij te hebben?"
22161876قال إن سألتك عن شيء بعدها فلا تصاحبني قد بلغت من لدني عذرا
Hij (Môesa) zei: "Als ik jou bierna over iets vraag, laat mij jou dan niet vergezellen, jij hebt van mijn kant waarlijk al een verontschuldiging gekregen."
22171877فانطلقا حتى إذا أتيا أهل قرية استطعما أهلها فأبوا أن يضيفوهما فوجدا فيها جدارا يريد أن ينقض فأقامه قال لو شئت لاتخذت عليه أجرا
Zo gingen zij verder totdat zij enkele bewoners uit een stad ontmoetten en haar bewoners om voedsel vroegen, maar zij weigerden hen gastvrijheid te verlenen. Toen vonden zij daar een muur die dreigde in te storten, maar hij zette die weer recht. Hij (Môesa) zei: "Als jij gewild had, zou jij hiervoor zeker een vergoeding kunnen aannemen."
22181878قال هذا فراق بيني وبينك سأنبئك بتأويل ما لم تستطع عليه صبرا
Hij zei: "Dit is de scheiding tussen mij en jou. Ik zal jou op de hoogte brengen van de uitleg van hetgeen waarmee jij niet in staat was geduld te hebben.
22191879أما السفينة فكانت لمساكين يعملون في البحر فأردت أن أعيبها وكان وراءهم ملك يأخذ كل سفينة غصبا
Wat betreft de boot: zij was van arme mensen, die op zee werkten, en ik wilde haar onbruikbaar maken, want na hen kwarn een koning, die elke boot met geweld zou nemen.
22201880وأما الغلام فكان أبواه مؤمنين فخشينا أن يرهقهما طغيانا وكفرا
Wat betreft de jongen: zijn ouders waren gelovigen. maar wij vreesden dat hij hen tot dwaling en ongeloof zou dwingen.
22211881فأردنا أن يبدلهما ربهما خيرا منه زكاة وأقرب رحما
Daarom wilden wij dat hun Heer hem voor hen ruilde voor een betere zoon dan hem, reiner en rneer nabij in genegenheid.


0 ... 211.1 212.1 213.1 214.1 215.1 216.1 217.1 218.1 219.1 220.1 222.1 223.1 224.1 225.1 226.1 227.1 228.1 229.1 230.1 ... 623

إنتاج هذه المادة أخد: 0.02 ثانية


المغرب.كووم © ٢٠٠٩ - ١٤٣٠ © الحـمـد لله الـذي سـخـر لـنا هـذا :: وقف لله تعالى وصدقة جارية

83475738045162333531854546174346905337