نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
2171 | 18 | 31 | أولئك لهم جنات عدن تجري من تحتهم الأنهار يحلون فيها من أساور من ذهب ويلبسون ثيابا خضرا من سندس وإستبرق متكئين فيها على الأرائك نعم الثواب وحسنت مرتفقا |
| | | Zij zijn het voor wie de tuinen van 'Adn zijn waarvan de rivieren onder hen door stromen. Zij tooien zich daarin met armbanden van goud en zij kleden zich met groene kleding van zijde en goudbrokaat, terwijl zij er op ligbanken achteroverleunen. Dat is pas een goede beloning en het is een goede rustplaats! |
|
2172 | 18 | 32 | واضرب لهم مثلا رجلين جعلنا لأحدهما جنتين من أعناب وحففناهما بنخل وجعلنا بينهما زرعا |
| | | En geef hun een voorbeeld: Twee mannen, voor een van beiden maakten Wij twee tuinen met wijnstokken en Wij omringden die met palmen en plaatsten tussen beide landbouwgewassen. |
|
2173 | 18 | 33 | كلتا الجنتين آتت أكلها ولم تظلم منه شيئا وفجرنا خلالهما نهرا |
| | | Beide tuinen gaven hun vruchtopbrengst en schoten daarbij in niets tekort. En Wij lieten door beide een rivier stromen. |
|
2174 | 18 | 34 | وكان له ثمر فقال لصاحبه وهو يحاوره أنا أكثر منك مالا وأعز نفرا |
| | | Hij had inderdaad opbrengst! Hij zei dus tot zijn metgezel met wie hij in gesprek was: "Ik heb meer bezit dan jij en beschik over meer mensen." |
|
2175 | 18 | 35 | ودخل جنته وهو ظالم لنفسه قال ما أظن أن تبيد هذه أبدا |
| | | En hij ging zijn tuin in, terwijl hij zichzelf onrecht aandeed. Hij zei: "Ik denk niet dat dit hier ooit zal vergaan |
|
2176 | 18 | 36 | وما أظن الساعة قائمة ولئن رددت إلى ربي لأجدن خيرا منها منقلبا |
| | | en ik denk ook niet dat het uur aanstaande is. En als ik naar mijn Heer teruggebracht word zal ik nog iets beters dan dit hier als eindbestemming vinden." |
|
2177 | 18 | 37 | قال له صاحبه وهو يحاوره أكفرت بالذي خلقك من تراب ثم من نطفة ثم سواك رجلا |
| | | Zijn metgezel met wie hij in gesprek was zei tot hem: "Hecht jij dan geen geloof aan Hem die jou uit aarde en dan uit een druppel schiep en je dan tot man gevormd heeft? |
|
2178 | 18 | 38 | لكنا هو الله ربي ولا أشرك بربي أحدا |
| | | Maar voor mij is Hij God, mijn Heer, en ik voeg aan mijn Heer niemand als metgezel toe. |
|
2179 | 18 | 39 | ولولا إذ دخلت جنتك قلت ما شاء الله لا قوة إلا بالله إن ترن أنا أقل منك مالا وولدا |
| | | Had je maar gezegd toen jij je tuin inging: 'Zoals God het wil. Alleen in God is kracht!? Als jij van mij ziet, dat ik minder bezit en kinderen heb, |
|
2180 | 18 | 40 | فعسى ربي أن يؤتين خيرا من جنتك ويرسل عليها حسبانا من السماء فتصبح صعيدا زلقا |
| | | misschien dat God mij dan iets beters zal geven dan jouw tuin en er een afrekening uit de hemel naartoe zal zenden zodat het kale, glibberige grond wordt, |
|