نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
1986 | 16 | 85 | وإذا رأى الذين ظلموا العذاب فلا يخفف عنهم ولا هم ينظرون |
| | | En als zij, die onrechtvaardig hebben gehandeld, de pijniging zullen zien, die voor hen is bereid, welke noch verminderd, noch uitgesteld voor hen zal worden. |
|
1987 | 16 | 86 | وإذا رأى الذين أشركوا شركاءهم قالوا ربنا هؤلاء شركاؤنا الذين كنا ندعو من دونك فألقوا إليهم القول إنكم لكاذبون |
| | | En als zij, die zich aan afgodendienst hebben schuldig gemaakt, hunne valsche goden zullen zien, zullen zij zeggen: O Heer! dit zijn onze afgoden, welke wij buiten u aanroepen. Maar zij zullen zich omkeeren en hun antwoorden: Waarlijk, gij zijt leugenaars. |
|
1988 | 16 | 87 | وألقوا إلى الله يومئذ السلم وضل عنهم ما كانوا يفترون |
| | | En op dien dag zullen de zondaren God hunne onderwerping aanbieden; en de valsche godheden welke zij hebben uitgedacht, zullen verdwijnen. |
|
1989 | 16 | 88 | الذين كفروا وصدوا عن سبيل الله زدناهم عذابا فوق العذاب بما كانوا يفسدون |
| | | Wat hen betreft, die ongeloovig waren, en anderen van Gods weg hebben afgeleid. Wij zullen hen straf op straf doen ondergaan, omdat zij anderen hebben verleid. |
|
1990 | 16 | 89 | ويوم نبعث في كل أمة شهيدا عليهم من أنفسهم وجئنا بك شهيدا على هؤلاء ونزلنا عليك الكتاب تبيانا لكل شيء وهدى ورحمة وبشرى للمسلمين |
| | | Op zekeren dag zullen wij uit ieder volk een getuige van de hunne tegen hen doen opstaan, en wij zullen u, o Mahomet, tot een getuige tegen deze Arabieren maken. Wij hebben u het boek van den Koran nedergezonden, tot uitlegging van alle dingen, die zoowel in het geloof als in het leven noodig zijn, en tot eene richting, en genade en goede tijdingen onder de Moslems. |
|
1991 | 16 | 90 | إن الله يأمر بالعدل والإحسان وإيتاء ذي القربى وينهى عن الفحشاء والمنكر والبغي يعظكم لعلكم تذكرون |
| | | Waarlijk, God beveelt rechtvaardigheid en weldadigheid, en het geven aan verwanten wat noodig is; en hij verbiedt zonde, onrechtvaardigheid en verdrukking: hij waarschuwt u, opdat gij zoudt overwegen. |
|
1992 | 16 | 91 | وأوفوا بعهد الله إذا عاهدتم ولا تنقضوا الأيمان بعد توكيدها وقد جعلتم الله عليكم كفيلا إن الله يعلم ما تفعلون |
| | | Vervul uw verbond met God, als gij een verbond met hem aangaat, en schend uwe eeden niet, nadat gij die plechtig hebt afgelegd. Gij hebt God tot getuige over u gesteld, en waarlijk God weet wat gij doet. |
|
1993 | 16 | 92 | ولا تكونوا كالتي نقضت غزلها من بعد قوة أنكاثا تتخذون أيمانكم دخلا بينكم أن تكون أمة هي أربى من أمة إنما يبلوكم الله به وليبينن لكم يوم القيامة ما كنتم فيه تختلفون |
| | | Gelijk niet op de vrouw, die vernietigde wat zij gesponnen had; die den draad losdraaide, nadat zij hem stevig had gesponnen; door elkander bedriegelijke eeden te doen, omdat het eene deel sterker is dan het andere. Waarlijk, God beproeft u slechts hierin, en hij zal u dat duidelijk maken op den dag der opstanding, waaromtrent gij thans verschilt. |
|
1994 | 16 | 93 | ولو شاء الله لجعلكم أمة واحدة ولكن يضل من يشاء ويهدي من يشاء ولتسألن عما كنتم تعملون |
| | | Indien het Gode had behaagd, zou hij u zekerlijk tot één volk hebben gemaakt; maar hij brengt in dwaling naar zijn welbehagen, en hij zal leiden wie hem behaagt. Eens zal men u rekenschap van uwe daden vragen. |
|
1995 | 16 | 94 | ولا تتخذوا أيمانكم دخلا بينكم فتزل قدم بعد ثبوتها وتذوقوا السوء بما صددتم عن سبيل الله ولكم عذاب عظيم |
| | | Bedien u niet van uwe eeden als van een middel om te bedriegen, opdat uw voet, die thans vaststaat, niet uitglijde en opdat gij de straf niet moogt ondervinden, omdat gij u van den weg tot God hebt afgewend, en gij eene gestrenge straf in het volgende leven zoudt lijden. |
|