نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
1626 | 12 | 30 | وقال نسوة في المدينة امرأت العزيز تراود فتاها عن نفسه قد شغفها حبا إنا لنراها في ضلال مبين |
| | | En zekere vrouwen zeiden in het openbaar in de stad: De vrouw van den edelman heeft den knecht verzocht hij haar te liggen; hij heeft hare borst door zijne liefde ontvlamd. Wij zien dat zij op een duidelijken dwaalweg is. |
|
1627 | 12 | 31 | فلما سمعت بمكرهن أرسلت إليهن وأعتدت لهن متكأ وآتت كل واحدة منهن سكينا وقالت اخرج عليهن فلما رأينه أكبرنه وقطعن أيديهن وقلن حاش لله ما هذا بشرا إن هذا إلا ملك كريم |
| | | En toen zij het gesprek over haar boos gedrag had gehoord, zond zij tot haar, en maakte een middagmaal voor haar gereed en gaf aan ieder van haar een mes, en zeide tot Jozef, onder haar te verschijnen. En toen zij hem zagen, prezen zij hem zeer. Zij sneden hunne eigen handen af en zeiden: O God! dit is geen sterveling; hij is een engel die den hoogsten eerbied verdient. |
|
1628 | 12 | 32 | قالت فذلكن الذي لمتنني فيه ولقد راودته عن نفسه فاستعصم ولئن لم يفعل ما آمره ليسجنن وليكونا من الصاغرين |
| | | En zijne meesteren zeide: Hij is het die mij uwen blaam heeft berokkend. Ik verzocht hem met mij te liggen; maar hij weigerde aanhoudend. Maar indien hij niet volbrengt wat ik hem gebied, zal hij zekerlijk in de gevangenis worden geworpen, en zal tot de ellendigsten behooren. |
|
1629 | 12 | 33 | قال رب السجن أحب إلي مما يدعونني إليه وإلا تصرف عني كيدهن أصب إليهن وأكن من الجاهلين |
| | | Jozef zeide: O Heer! eene gevangenis is verkieselijker voor mij, dan de misdaad, waartoe zij mij willen verleiden, en indien gij hare kunstgrepen niet van mij afwendt, zal ik aan mijne neiging voor haar toegeven en zal ik tot de dwazen behooren. |
|
1630 | 12 | 34 | فاستجاب له ربه فصرف عنه كيدهن إنه هو السميع العليم |
| | | Daardoor verhoorde hem zijn Heer, en wendde hare kunstgrepen van hem af: want hij hoort en ziet alles. |
|
1631 | 12 | 35 | ثم بدا لهم من بعد ما رأوا الآيات ليسجننه حتى حين |
| | | En het behaagde hun, zelfs nadat zij de bewijzen zijner onschuld hadden gezien, hem voor eenigen tijd gevangen te houden. |
|
1632 | 12 | 36 | ودخل معه السجن فتيان قال أحدهما إني أراني أعصر خمرا وقال الآخر إني أراني أحمل فوق رأسي خبزا تأكل الطير منه نبئنا بتأويله إنا نراك من المحسنين |
| | | En twee van des konings dienaren traden met hem in de gevangenis. Een van hen zeide: Het scheen mij in mijn droom toe, dat ik wijn uit druiven perste. En de andere zeide: Het scheen mij in mijn droom toe, dat ik brood op mijn hoofd droeg, waarvan de vogels aten. Geef ons de uitlegging onzer droomen; want wij bemerken, dat gij een deugdzaam mensch zijt. |
|
1633 | 12 | 37 | قال لا يأتيكما طعام ترزقانه إلا نبأتكما بتأويله قبل أن يأتيكما ذلكما مما علمني ربي إني تركت ملة قوم لا يؤمنون بالله وهم بالآخرة هم كافرون |
| | | Jozef antwoordde: Er zal nog geen voedsel, om u te onderhouden, tot u komen; maar ik zal u de uitlegging daarvan geven, alvorens dit tot u kome. Deze kennis is een deel van hetgeen mij door God is geleerd; want ik heb den godsdienst van hen verlaten, die niet in God gelooven en die het volgende leven loochenen. |
|
1634 | 12 | 38 | واتبعت ملة آبائي إبراهيم وإسحاق ويعقوب ما كان لنا أن نشرك بالله من شيء ذلك من فضل الله علينا وعلى الناس ولكن أكثر الناس لا يشكرون |
| | | Ik volg den godsdienst mijner vaderen: Abraham, Izaak en Jacob. Het is ons niet geoorloofd, iets met God te vereenigen. Deze kennis van de goddelijke eenheid is ons gegeven, door de goedheid van God omtrent ons en nopens den mensch; maar het grootste gedeelte der menschen is ondankbaar. |
|
1635 | 12 | 39 | يا صاحبي السجن أأرباب متفرقون خير أم الله الواحد القهار |
| | | O mijne medegevangenen! zijn een aantal heeren beter, of de eenig ware en almachtige God? |
|