نتائج البحث: 6236
|
ترتيب الآية | رقم السورة | رقم الآية | الاية |
1183 | 8 | 23 | ولو علم الله فيهم خيرا لأسمعهم ولو أسمعهم لتولوا وهم معرضون |
| | | En Allah weet dat er niets goeds in hen was, dus liet Hij hen niet luisteren. En als Hij hen had doen luisteren, dan zouden zij zich afwenden, terwijl zij (de Waarheid) afwijzen. |
|
1184 | 8 | 24 | يا أيها الذين آمنوا استجيبوا لله وللرسول إذا دعاكم لما يحييكم واعلموا أن الله يحول بين المرء وقلبه وأنه إليه تحشرون |
| | | O julliel die geloven, geeft gehoor aan Allah en aan de Boodschapper wanneer hij jullie oproept tot wat jullie leven geeft en weet dat Allah een afscheiding maakt tussen een mens en zijn hart. En voorwaar, tot Hem zullen jullie worden verzameld." |
|
1185 | 8 | 25 | واتقوا فتنة لا تصيبن الذين ظلموا منكم خاصة واعلموا أن الله شديد العقاب |
| | | En vreest een beproeving die niet uitsluitend degenen die onrecht plegen onder jullie zal treffen. En weet dat Allah hard is in de bestraffing. |
|
1186 | 8 | 26 | واذكروا إذ أنتم قليل مستضعفون في الأرض تخافون أن يتخطفكم الناس فآواكم وأيدكم بنصره ورزقكم من الطيبات لعلكم تشكرون |
| | | En gedenkt toen jullie met weinigen waren en jullie onderdukt werden in het land. Jullie vreesden dat de mensen jullie zouden ontvoeren. Toen gaf Hij jullie een toevluchtsoord (de stad Medinah) en versterkte Hij jullie met Zijn hulp. En Hij voorzag jullie van de goede dingen. Hopelijk zullen jullie dankbaar zijn. |
|
1187 | 8 | 27 | يا أيها الذين آمنوا لا تخونوا الله والرسول وتخونوا أماناتكم وأنتم تعلمون |
| | | O jullie die geloven, pleegt geen verraad tegenover Allah en de Boodschapper en pleegt geen verraad tegenover het jullie toevertrouwde, terwijl jullie het weten. |
|
1188 | 8 | 28 | واعلموا أنما أموالكم وأولادكم فتنة وأن الله عنده أجر عظيم |
| | | En weet dat jullie bezittingen en jullie kinderen slechts een beproeving zijn en dat er bij Allah een geweldige beloning is. |
|
1189 | 8 | 29 | يا أيها الذين آمنوا إن تتقوا الله يجعل لكم فرقانا ويكفر عنكم سيئاتكم ويغفر لكم والله ذو الفضل العظيم |
| | | O jullie die geloven, als jullie Allah vrezen, zal Hij jullie een onderscheidingsvermogen geven en jullie slechte daden uitwissen en jullie vergeven. En Allah is de Bezitter van de Geweldige Gunst. |
|
1190 | 8 | 30 | وإذ يمكر بك الذين كفروا ليثبتوك أو يقتلوك أو يخرجوك ويمكرون ويمكر الله والله خير الماكرين |
| | | En (gedenk) toen degenen die ongelovig waren, een list tegen jou beraamden om jou vast te binden of jou te doden of jou te verdrijven. En zij beraamden een list en Allah maakte een plam. En Allah is de Beste der Beramers. |
|
1191 | 8 | 31 | وإذا تتلى عليهم آياتنا قالوا قد سمعنا لو نشاء لقلنا مثل هذا إن هذا إلا أساطير الأولين |
| | | En wanneer Onze Verzen aan ben worden voorgedragen, dan zeggen zij: "Wij hebben (iets dergelijks al eerder) gehoord, en als wij willen dan zullen wij zeker zoiets zeggen. Dit is niets dan een fabel van de voorafgaanden." |
|
1192 | 8 | 32 | وإذ قالوا اللهم إن كان هذا هو الحق من عندك فأمطر علينا حجارة من السماء أو ائتنا بعذاب أليم |
| | | En (gedenkt) toen zij zeiden: "O Allah, als dit (de Koran) de Waarheid is, van U afkomstig, doe dan stenen op ons neer regenen uit de hemel. Of geef ons een pijnlijke bestraffing." |
|